· 

Il Amore

De verkoeling van de hoge stationshal verandert in luttele seconden in een zware lome hittedeken die zich over mijn hele lichaam drapeert,

en toch 'warmte, eindelijk warmte', verzucht ik, waarna ik in de oranje stadsbus stap die me naar de andere kant van de rivier zal brengen.

'Firenze ...', zwijmel het in mij terwijl mijn hart een sprongetje maakt als mijn ogen gretig het oude centrum van mijn geliefde Florence opzuigen.

'Il amore', hoor ik hem zeggen en ik kijk in zijn ondeugende pretogen.

De bus stopt bij Piazza del Duomo en een clubje druk pratende Amerikaanse tieners verlaat de bus.

 

'Hoe vaak zal ik hier inmiddels geweest zijn, mijmer ik, toch al ruim tien jaar heel regelmatig'.

Amper achtentwintig jaar oud mocht ik hier op de kinderkledingbeurs Pitti Bimbo mijn collectie presenteren. Wat een sensatie en heel wat anders dan de beurzen in Parijs, Amsterdam of Duitsland, laat staan New York. Nee, laat dat maar aan de Italianen over die allure, show en over-the-top styling, om maar te zwijgen van de koffie en het goddelijke eten. Alles aan deze stad is altijd een feestje dus toen ik de kans kreeg om ook de stoffenbeurs Pitti Filati en de herenkledingbeurs Pitti Uomo te bezoeken, greep ik die kansen met al mijn graagte aan.

 

Inmiddels lijkt Florence door iedereen op aarde ontdekt waardoor het kleinschalige en typische wat deze Toscaanse stad bezat grotendeels ten onder is gegaan aan massatoerisme en commercie, inclusief de dames in luxueuze bontjassen en dure merk-zonnebrillen op hun arrogant wijzende neuzen.

 

Ja ooit, eind jaren '80, (inderdaad ik spreek van de 20e eeuw) verbleef ik regelmatig in een pensionnetje vlakbij de Ponte Vecchio.

Ik herinner me de eikenhouten voordeur, en dat ik vaak en lang moest aanbellen waarna ik de krakende houten trappen op klauterde naar de twee smalle hoge deuren die toegang gaven tot het rommelige kantoortje met rammelende fax-machine, rinkelende zwart bakelieten telefoon, stapels papier en een druk gebarende 'mama' die overduidelijk de scepter zwaaide in dit familiebedrijf. Maar liever de trappen op dan mijn laatste adem uitblazen in het gammele art deco open metalen liftje dat piepend en hijgend naar boven kreunde.

 

Achter die toch telkens weer moeilijk te vinden voordeur ging een gigantisch Florentijns herenhuis schuil, met een wir war aan gangen en trappetjes, allemaal verschillende kamers en een allegaartje aan zware pompeuze houten meubels, enorme ledikanten, klassiek marmeren sanitair en gigantische protserige kroonluchters. 

De ontbijtruimte was de kers op de ochtendtaart. De hoge ruimte met ronde tafeltjes en roze tafellakens keek uit over de daken van de oude stad naar de Dom van Florence, zodat al mijmerend boven een perfecte cappuccino je werkdag reeds als vakantie was begonnen.

Florence voelde nooit als werk.

Het pension was het decor geweest voor de film A Room with a View en daardoor een populaire bestemming geworden voor internationale toeristen uit alle windstreken en uiteindelijk werd het na een bomaanslag volledig omgebouwd tot een vijfsterren hotel.

 

Tijd voor iets nieuws dus en ik had het bij toeval ontdekt toen ik laat in de middag rond liep te dwalen. Ik was door een Italiaanse opdrachtgever uitgenodigd voor een diner met al haar medewerkers en klanten. Dit deel van de stad aan de andere kant van de Arno kende ik niet zo goed, dus ik liep nieuwsgierig door de smalle straatjes met kleine ateliertjes, werkplaatsen en galeries tot mijn aandacht getrokken werd door een openstaande poort die leidde naar een kapelletje. Op mijn tenen sloop ik naar binnen en achter een kloosterkerkje lagen in een stille oase appartementjes in een weelderig groene binnentuin die omsloten werd door een zware kloostermuur zodat de hectiek van de stad op afstand bleef. 'Kom erbij zitten', zei één van de bewoners die buiten zaten terwijl hij het glas hief. 'Lijkt me geweldig, maar ik moet helaas weer verder'. 

 

De grappige appartementjes met eigen woonkamer, keuken, badkamer en slaapgedeelte bleken voor korte perioden te huur en zo werd het mijn nieuwe stekje in Florence waar ik een aantal dagen per jaar neerstreek. Om de hoek haalde ik mijn boodschappen en leende een fiets.

Niet dat Florence een ideale fietsstad is met al die kinderkopjes, maar als Hollander wil ik fietsen, vrij zijn en onderdeel uitmaken van de stad waarin ik me even medebewoner waan. Dus net als andere fietsers hier parkeer ik mijn fiets met de laagste trapper op de stoeprand.

 

's Ochtends op weg naar Fortezza da Basso, het beursgebouw in Florence, fiets ik de brug over en stop links van het Piazza della Repubblica voor 

'Il cappuccino più buono di Firenze'. Die drink je alleen 's ochtends en als je 's avonds na het eten een koffie met melk bestelt klinkt het cynisch 'Bon Giorno' waarna de Italianen je aankijken alsof je zout in het gouden drankje strooit.

Veel Italianen stoppen bij dit cafeetje voor hun dagelijkse ochtendshot dat druppeltje voor druppeltje uit de macchina in het kopje wordt geperst en waar overheen een opgeklopte melklaag wordt gedrapeerd, afgetopt met een mutsje dik, vol melkschuim. Heel wat anders dan de take-away cappuccino's in veel te grote kartonnen bekers met plastic deksel. In het cafeetje passen zo'n zes klanten, dus zitten is geen optie. Staand aan de toonbank drink je de nectar met aandacht, waarna je meteen weer plaats maakt voor de volgende klant.

 

Ik doe de deur van mijn appartementje open, gooi mijn tas in de hoek en plof languit op het smalle tweepersoonsbed. Verkoeling en even bijkomen van de reis voordat ik iets ga eten op mijn favoriete terrasje op het Piazzo Santo Spirito.

 

Eerlijk is eerlijk, Florence is synoniem geworden aan hem of althans aan het hele gebeuren met hem en ik weet dat ik hem morgen op de beurs ga zien al is het altijd de vraag of hij mij uitbundig zal begroeten of juist zal ontwijken.

 

Hoe het had kunnen gebeuren begrijp ik nog steeds niet. Dat je zo'n vijf meter van elkaar afstaat, elkaar in de ogen kijkt en BENG verliefd raakt. Ik had weleens gelezen dat de voornaamste reden waarom je tot elkaar aangetrokken wordt de geur is, niet het parfum of de aftershave die je 's ochtends op doet, maar je unieke eigen geur. Zou ik hem inderdaad op vijf meter afstand geroken hebben en hij mij?

 

Nu ik het hofje met de appartementjes achter het klooster heb ontdekt, loop ik opgetogen naar het restaurant waar ik verdorie als een van de laatsten binnenkom. Terwijl ik wacht tot de gastvrouw mij een plaatsje aan een van de tafels zal geven, kijk ik in zijn ogen en hij in die van mij. Hij kijkt een beetje verward, kijkt weg en toch weer terug in mijn ogen. 'Onzin, denk ik, veel te mooie jongen en helemaal niet mijn type, waarna de gastvrouw mij pardoes op een stoel recht tegenover hem zet. 'Welkom', zegt hij, mijn naam is Matteo', dus ik stel mij voor aan hem en aan de andere tafelgenoten. Omringt door enkel Italianen probeer ik in mijn beste Spaans een gesprekje aan te gaan. Matteo is de enige die redelijk Engels spreekt waardoor het gesprek zich steeds meer tussen hem en mij ontvouwt. We praten aan één stuk door, eten nauwelijks terwijl de passie eraf spat wat, gezien de blikken van de anderen, overduidelijk is.

 

Ik voel mijzelf groeien en gloeien en zie alleen Matteo. Mijn ogen stralen en mijn lach trekt van oor tot oor. Als aan het einde van de avond iedereen naar buiten druppelt, loopt Matteo naar de piano en speelt de eerste akkoorden van Imagine van John Lennon. 'Zie ik je morgen', vraagt hij terwijl we afscheid nemen.

 

'Bon giorno, how are you, have a nice day', zegt het tekstberichtje van Matteo.

De zon lacht naar binnen, ik dans mijn bed uit, trek iets passends aan, spring op de fiets en haast me naar het beursgebouw. Mijn ochtend-cappuccino stel ik uit tot op de beurs, ik registreer me en sluit aan in de rij wachtenden voor de ingang. 

Sms: 'Sorry, moet nu weg, Matteo'.

 

'Beter ook eigenlijk', besluit ik. Ik had me even het hoofd op hol laten brengen, maar het kan helemaal niet. Hij woont in Napels, ik in Amsterdam en bovendien, hij heeft een relatie en jonge kinderen, het kan gewoon niet!

Ik had me tien jaar geleden na mijn scheiding voorgenomen nooit iets te beginnen met een 'bezette' man omdat ik veel te goed weet hoe het voelt als je partner verblindt raakt door de nieuwe uitdaging. 

Afgezien dan van die korte affaire met een man die even vergeten was te vermelden dat hij twee dochters heeft zodat ik uiteraard wel graag wilde weten hoe het nou zat met de moeder van die twee.

 

Hoe subtiel ook, verliefd worden is een beslissing in a split second, weet ik inmiddels. Als je alert blijft en niet toegeeft aan je impulsen, dan hoeft het vlammetje niet te ontsteken.

 

'Bon giorno mora, have a beautiful day', klinkt het de volgende dag, waarna Matteo mij elke dag, zelfs terwijl ik allang terug ben in Amsterdam, een sprankelende ochtendgroet stuurt en er langdurige sms-sessies volgen.

 

We spreken af, over drie weken, in Florence. Het wordt een 'noche brave' schrijft Matteo, wat in het Italiaans een goede avond kan betekenen, maar in het Spaanse net zo goed een woeste nacht ….

 

Florence, eind juni en het is bloedheet. Ik schuifel in de schaduw van de arcade langs een klein sieradenatelier waar niet heel veel meer inpast dan een houten toonbank en twee vitrinekasten. 'Even kijken, alleen maar kijken', beloof ik mijzelf en stap naar binnen. De koele ruimte ademt een mystieke geur en de sieraden vertellen over een ver verleden in oosterse oorden. Mijn oog valt op een grote zilveren ring met rode steen. 

Tussen de gordijnen, die het atelier scheiden van de werkplaats, verschijnt een oudere vrouw met lang loshangend zwart grijzend haar, fladderende gewaden en oosterse sieraden om haar nek, armen en vingers. 'Zeg het eens mi amor, wat kan ik voor je betekenen', vraagt ze met een donkere warme stem in een Engels met aantrekkelijk accent.

'Ik zou graag die ring met rode steen willen zien'. 'Ah, bevestigt ze, je hebt er oog voor, dit is een zilveren mannenring uit Afghanistan met in de kornalijnen steen een afbeelding'.

Ik schuif de ring aan mijn vinger, maar hij is veel te groot, en ik moet de ring ook helemaal niet willen passen, want ik heb al genoeg ringen, kraai die ik ben. 

'Als je wilt kan ik hem kleiner maken'. 'Ik denk er nog even over'', twijfel ik terwijl ik aanstalten maak om te vertrekken. 'Deze ring heeft op jou gewacht en de itaglio gravering is het teken dat jou verder zal wijzen op jouw pad. Naarmate je er verder op wandelt, zal de betekenis ervan vanzelf helder worden'. Kom, je bent hier niet voor niets binnen gelopen. Ik kan hem kleiner maken, geen probleem. Kom je hem morgen halen?'

 

Terug in mijn appartementje bedenk ik me dat ik eigenlijk helemaal niet zo'n zin meer heb in dat etentje met Matteo. Dat wordt natuurlijk helemaal niets en hoe moet ik hem dan afwimpelen zonder dat het een regelrechte afknapper wordt. Nou ja, niet zeuren, gewoon een leuke avond van maken, tien uur weer thuis en dat was dat.

 

De telefoon gaat, Matteo, en hoewel ik me nog zo had voorgenomen dat ik hem, zoals een echte latina betaamt, zou laten wachten, grijp ik mijn tas, trek de deur achter me dicht en haast me naar de ingang. My god, wat zijn we aan het doen! Beiden 41 jaar en trillend op m'n benen, en dan gebeurt het weer; als hij zich omdraait kijken twee enorm vrolijk lachende gezichten elkaar aan en gaan er een noche brave van maken.

 

We kiezen een typisch Italiaans restaurantje buiten het toeristengebied en hoewel er een taalbarriere is praten we nieuwsgierig aan een stuk over van alles en nog wat. Tijd voor de secondo piatto, het hoofdgerecht, en terwijl Matteo een keuze probeert te maken hoor ik de serveerster zeggen 'zou u nog wel wat voor haar bestellen, ze eet nauwelijks' 'Ah, il amore' galmt Matteo triomfantelijk terwijl z'n ogen stralen. Baccio, baccio, baccio moedigen de overwegend mannelijke gasten om ons heen aan. 'Wat is een baccio?' vraag ik, 'a kiss', antwoordt Matteo uitdagend.

Ik vertraag even, zal ik, ga ik dit echt doen? Ik leg mijn servet opzij, sta in slow motion op en vlei mijzelf in Matteo's schoot. Ik kijk in zijn verraste gezicht, twijfel geen moment en kus hem intens op zijn mond. 

'Wow, een echte Latina', verzucht hij.

 

En dan is er haast, teveel haast ...

 

 (Be)rauw)

 

Naakt en verslagen zit ik in amazonezit op het houten grijs geschilderde bed, 

het plastic bekertje in mijn hand nog half gevuld met Spumante. 

Het felle licht in de kamer schreeuwt de waarheid die scherp afsteekt

tegen de gepassioneerde uren die eraan vooraf gingen. 

Er schiet van alles door mij heen al kan ik tegelijkertijd niet meer denken. 

Ik sta op om te zien hoe zijn auto de straat uitrijdt

en door de luiken kijk ik in het avonddonker van mijn geliefde stad. 

Hij rijdt weg en ik kan alleen maar denken

'God straft onmiddellijk,

God straft onmiddellijk”.

 

Maar dan spreekt er achter mij een zucht van warmte,

mijn rug ontvangt een tinteling van energie

en een zachte liefdevolle hand streelt mijn schouders.

'Kom mee', fluistert haar warme stem en ze pakt mijn hand.

 

Ze opent de zware houten luiken en we vliegen weg.

Boven Florence zweven we nu

en onze lange witte transparante gewaden wapperen in de zwoele zomerwind.

In het zicht van de Dom stijgen we op naar de hemelark

waar ik plaats mag nemen in een bad van zachte kussens.

 

'Ga zitten lieverd', troost ze 'ga zitten in de zetel van jouw leven. 

Weet je veilig in je eigen thuis en laat het piekeren over aan je hoofd. 

 

Ach ons lieve hart, het kan zo gewond raken. 

Leg je handen op je hart en voel hoe ze zowel pijn als liefde kan zijn.

Ga nog dieper in jezelf, naar de oceaan van stilte, van oneindigheid en eeuwige rust.

Dit is jouw essentie, vrij van zorgen, van moeten, van regeltjes en hoe het zou horen.

Ervaar je diepste verlangen. 

Wees wie je wilt zijn en ontvang de liefde die je zo hebt gemist'.

 

Tranen van verdriet, vreugde en herinnering stromen nu over mijn wangen.

Ik open mijn ogen en kijk in onvoorwaardelijke liefde,

ik kijk in de ogen van God.

Tekst en stem Hanneke Norbruis

Music Sad Day - Bensound

 

 

Ochtendgeluiden van een zonovergoten Florence wekken me, maar het voelt als een grauwe regendag in een Hollandse herfst.

Wat in hemelsnaam is er gisterenavond gebeurd?

Het raast door mijn hoofd, de ene gedachte tolt over de andere en totaal uitgeput alsof ik me gisteren volledig lam heb gezopen

kan ik alleen maar janken.

In de prullenbak in de badkamer ligt een treurig kliekje in een verpieterd condoom. Ik pak het met een tissue op, kijk even naar al die Matteo's die het lootje hebben gelegd en verstop ze in een maandverbandzakje.

 

Ik haat mijzelf, schaam me vooral ook en ben boos op Matteo die maar niet reageert.

Het liefst ging ik nu accuut terug naar Amsterdam, terug naar huis, alleen, verstoppen, weg, weg, weg, maar mijn vlucht is pas morgen.

Verloren dwaal ik uren door de stad, mijn zonnebril voor mijn behuilde ogen. Ik zit op bankjes van afgelegen pleintjes, probeer in het gras van de rivieroever iets bij te slapen in de felle zon en krijg geen hap eten door mijn keel op een toch best leuk terrasje waar iedereen irritant vrolijk is.

'Nog even', spreek ik mijzelf bemoedigend toe, nog even doorzetten, straks vroeg naar bed en morgen wegwezen.

 

Nu de winkels na de lunch weer openen besluit ik die ring te halen, en wie weet geeft het wat lucht op deze verstikkende dag.

Als ik de straat oversteek draait de vrouw net het bordje naar 'geopend' en terwijl ze naar me lacht opent ze de deur.

Ik zet mijn zonnebril af, ze kijkt me doordringend aan, draait het bordje meteen weer terug naar gesloten en de deur in het slot.

Ze slaat haar arm om me heen en begeleidt me een trapje af naar het atelier achter de winkel.

De heerlijk koele ruimte heeft een oogverblindend mooi origineel houten balkenplafond, dikke witgekalkte muren met beeldjes en Indiase boterlampjes in nisjes en rondom lage banken met daarop een bonte verzameling aan kleden en kussens.

Ik begin ongelooflijk te huilen.

'Ga zitten, dan maak ik thee'.

 

Ik zak in de kussens en dekens waardoor het parfum van wierook en kruiden vrijkomt, en luister naar het geruststellende gerinkel en gerommel in de keuken. Ze komt terug met twee hoge glazen thee en zoetigheden.

Haar zwart omlijnde ogen kijken mij liefdevol aan, 'kom drink je thee, het zal je goed doen'.

 

 

Na drie maanden gaat mijn telefoon, Don Juan zegt het display, want zo heb ik Matteo inmiddels vernoemd en me voorgenomen dat ik niet op zou nemen als ik dat alarmwoord zou zien. Ik neem dus op en hij ratelt aan één stuk door, dat hij destijds niet anders kon, dat hij het contact had moeten verbreken omdat we anders stapelverliefd waren geworden met alle consquenties van dien, dat het kon niet, en dat begreep ik toch wel?

En of ik het begreep, al had ik zo graag iets anders willen horen en ook hij trok aan mij om bevestigd te krijgen dat het meer was geweest dan een one-night-stand.

 

En dus, of misschien toch, hebben we tegen beter weten in pogingen gedaan om elkaar weer te zien, maar 'iets' besloot dat het beter was dat er geen vervolg zou komen zodat we uiteindelijk, bijna een jaar na onze noche brava, op de achterbank van een taxi in Amsterdam afscheid namen. En nu zien we elkaar soms nog even op de beurs in Florence. Dan steekt hij zijn hoofd boven de anderen uit, kijkt en glimlacht even naar me, heel soms zwaaien we en dan loop ik weer door.

Ponte Vecchio 1992

 

Binnen enkele maanden heeft het één het ander opgevolgd en inmiddels zit ik zonder opdrachten. Niet dat ik me echt heel veel zorgen maak, maar toch pruttelt er een ongerust ondertoontje.

Ik doe de oortjes van mijn gloednieuwe metallic-kleurige iPod in en luister naar Maria Callas' O mio babbino caro.

 

O mio babbino caro

Mi piace è bello, bello

Vo' andare in Porta Rossa

A comperar l'anello

Sì, sì, ci voglio andare

E se l'amassi indarno

Andrei sul Ponte Vecchio

Ma per buttarmi in Arno

Mi struggo e mi tormento

O Dio, vorrei morir

Babbo, pietà, pietà

Babbo, pietà, pietà

 

Oh Liefste papa,

Ik vind hem leuk, hij is knap, knap

ik wil naar Porta Rossa

om de ring te kopen

Ja, ja, ik wil daar heen gaan

En als mijn liefde voor niets was,

zou ik naar de Ponte Vecchio gaan,

en mezelf in de Arno gooien

Ik kwijn weg en word gekweld

Oh God, Ik zou willen sterven! 

Pappa, heb medelijden, heb medelijden

Pappa, heb medelijden, heb medelijden

 

'En wie is de grootste charmeur van het stel?', vraagt mijn vader plagend als ik hem een foto van Matteo laat zien omringd door Italiaanse collega's.

Ik sprak niet meer met anderen over Matteo. Het hele incident was te pijnlijk om lacherig afgedaan te worden als een puber-flirt,

al begreep ik ook wel dat ik the bad girl was die op de blaren moest zitten.

Ik had me vervolgens een slag in het rondte gewerkt met werkweken van zestig, soms zeventig uur en toen viel het plotseling stil.

 

Ik steek thuis een lichtje aan in het altaartje, kruis mijn benen, sla een deken om en sluit mijn ogen. La Gatita mijn allerliefste poes draait zich in een krul, legt haar pootje op mijn been en snort van gelukzaligheid.

 

Ik had mijzelf leren mediteren en pas vele jaren later begreep ik dat de zinnen die ik hardop herhaalde als een soort mantra of affirmatie werkten. Ergens was er ooit iets in mij geraakt toen ik op een braderie in gesprek kwam met leden van de Hare Krishna-beweging.

Ik stopte bij hun kraampje en al snel ontvouwde zich een warm, oprecht en respectvol gesprek. Ik kocht een boekje en voelde de inspiratie om meer spiritualiteit in mijn leven toe te laten, hoewel ik eenmaal thuis weinig begreep van de inhoud van het boekje en ik niet meer kon reconstrueren wat we zojuist besproken hadden.

Maar het zaadje was geplant en steeds vaker kroop ik achter het kleine tafeltje met daarop spulletjes uit de verschillende delen van de wereld waar ik geweest was en die emotionele waarde hebben.

Ik had daardoor inmiddels ervaren dat juist deze pauzes in het drukke denken en doen de sleutel zijn in de rust en balans die we zo hartstochtelijk zoeken.

 

Zo ook vandaag, heel rustig aan ontspant mijn lichaam en schieten de gedachten minder heftig door mijn hoofd. 

 

'Ah il amore, hoor ik haar zeggen, en uit haar mond klinken deze woorden als lichtgevend en alles verbindend zalvend licht,

'is liefde niet waar we allemaal naar verlangen?'

Ik zie de vrouw uit het sieradenateliertje voor me, hoor het rinkelen van haar kettingen en armbanden, proef de zoete baklava en ruik de geur van haar kussens.

Ik voel hoe mijn schouders nog meer zakken, mijn handen verzachten en er verschijnt een glimlach op mijn mond.

 

Ze voelt als een moeder die haar arm om me heen legt en mij troost, een ouder die hoe dan ook van je houdt, wat je ook geflikt hebt.

Als een madonna van compassie en vergeving blijft de vrouw in mijn ogen kijken, zonder oordeel, zonder dat ik beter of anders hoef te zijn, zonder dat ik ergens naartoe zou moeten om iets te leren of aan zou moeten passen, alleen maar zoals het nu hier is.

 

Mijn lichaam begint te tintelen en te gloeien, wordt warm en begint te stralen.

'Kom maar', zegt ze, gooi het er maar uit.

Stel je voor hoe je alles wat je niet meer nodig hebt aan mij geeft.

Nee, maak je er nou even niet druk om dat je mij daardoor zou belasten, ik kan het hebben, denk voor een keertje even helemaal alleen aan jezelf. Wat zou je nu op dit moment kwijt willen. Denk er niet te lang over na, want dat wat er nu intuïtief bovenkomt is precies wat je op dit moment los wilt laten.

Het is mooi als je zo diep kunt voelen en ervaren, maar het maakt je ook kwetsbaarder, hoofdmensen hebben daar minder last van'.

Toch is het mooie van sensitief zijn dat je niet eerst door allerlei muren hoeft te breken om te ervaren wat er in jou leeft.

Ssssht, laat de schijnbare controle van gedachten, analyse en meningen los en geef je over aan dat wat je niet kunt zien maar wel kunt ervaren. 

 

Ach ons lieve hart, het kan zo gewond raken. 

Leg je handen op je hart en voel hoe ze zowel pijn als liefde kan zijn.

Stel je nu voor dat je jouw pijn naar mij mag laten vloeien en dat ik liefde in jou laat stromen, of eigenlijk, dat ik de liefde die al ruimschoots in jou aanwezig is vrij laat komen. Alsof ijs smelt en liefde vrijkomt, als een ballon die leegloopt en liefde uitblaast, als een regenton die overloopt van liefde.

 

Want misschien zocht je liefde waar het niet kon zijn?

En misschien had je liefde verwart met lust?

 

De liefde waarover ik spreek is vrede, geluk, balans en harmonie, allemaal woorden die symbolen zijn voor dat wat we op zielsniveau ervaren en zelfs zijn. 

Want als je eenmaal de macht van gedachten doorziet en je de deurtjes van je hart opent treed je de hemel van je ziel binnen waar alle dualiteit verdwenen is en een onbegrensde weidsheid je mee laat golven op de oneindigheid van alles.

Het zijn de woorden die de lichtzijde van ons bestaan weten, de kant waar we het liefst altijd zouden willen verblijven, maar die we vreemd genoeg telkens vergeten waardoor we aan de schaduwkant belanden en ons laten verleiden tot roddelen, oordelen, jaloezie, concurrentie, we vanuit onszelf redeneren en we zelfs zover kunnen gaan dat we anderen, soms zelfs opzettelijk, pijn doen omdat we onze eigen pijn niet aan kunnen. 

 

Pafff, die kwam binnen, mijn pijn? Ik had even tijd nodig om het woord pijn te ontrafelen. Hoezo pijn? Wat dan, waar dan?

 

Ze zag mijn verwarring. 'Laat dat los, zei ze terwijl ze me plagend met haar elleboog in mijn zij prikte, ga niet weer in je hoofd zitten om het vast te houden met gedachten, laat het gaan en gebeuren en je zult zien dat er in de loop van de dagen en weken plukjes inzichten en inspiratie boven komen.

 

Oh dat is zo heerlijk als je creativiteit groeit en de inzichten zich op de gekste momenten aandienen.

Inspiratie is uiteraard niet wetenschappelijk te bewijzen, maar jij weet dat het bestaat.

Wist je trouwens dat het Latijnse inspirare inademen of inblazen betekent. Vertrouw op die adem.

Ze is Shakti, de drijvende kracht in jou en overal om je heen. Verdwijnen zal ze nooit, maar vergeten kunnen we haar wel.

 

Ik probeer niet uit te pluizen wat mijn eventuele pijn zou zijn en wil erop vertrouwen dat de inspiratie als een soort engeltje op mijn schouder op een goed moment in mijn oor zal fluisteren wat ik nodig zou hebben aan een scheutje extra wijsheid.

Net voldoende druppeltjes inzicht-elixer vermengt met levenskruiden die ik op dat moment aan zou kunnen, terwijl ik gehurkt het onkruid tussen de tegels wegpluk, of juist als ik op mijn fiets stap, en de meest vruchtbare tijd voor mij is 's ochtends als ik nog niets heb gegeten en halverwege het hier en daar verkeer.

 

'Wat wil je echt, heb je daar weleens over na gedacht?, vervolgde ze.

Wat wil je echt? Waarom loop je hier op aarde rond? Als je niet de middelen zou hebben om de wereld te vertellen hoe perfect geslaagd jouw leven is, wat zou je nu dan doen? Als je zou weten dat je nog een jaar te leven had, wat zou je nu dan willen? Wat is essentieel in jouw leven?

 

Om dat te ervaren zul je stil moeten worden. Wat je echt wilt is namelijk niet iets dat je gaat ontdekken, het is iets wat je je zult herinneren.

Dit weten bevindt zich immers al jouw hele leven in jou, je was alleen te druk met andere zaken en dus is het onder gestoft geraakt.

Herken je dat, dat je iets keurig in dozen op zolder of in de berging opruimt. Fris papiertje erom en folie tegen de motten, etiket erop om het terug te kunnen vinden … en dan vergeet je het.

En ooit, als je gaat verhuizen of als je iets zoekt waarvan je denkt dat het op zolder moet liggen, zie je de bewuste doos. Je kijkt erin en verhip, je was helemaal vergeten dat je dit nog had en nu je het weer ziet wordt het springlevend. Je herinnert je de geur uit die tijd, de lichtval in de kamer, je favoriete liedje en de kleding die je droeg.

Je was het vergeten, althans de kennis ervan is altijd in jou aanwezig maar ergens opzij gezet voor een later moment.

We zijn te druk met doen en vergeten te zijn. Druk met onze agenda volproppen, met nuttig zijn en hollen naar de eindstreep.

Druk doen lijkt ons doel te zijn geworden en hoe drukker we doen des te interessanter is onze status.

Het is als een hamsterrad waarin we verstrikt zijn geraakt en waar we niet meer uit lijken te kunnen komen.

Vaak moet er eerst iets ingrijpends gebeuren voordat we wakker geschut worden.

Nu is het moment om die verhuisdoos te openen en je de kennis ervan te her-inneren.

Dat kan dus niet met je hoofd, want heel hard en veel denken brengt je hier niet.

Dat wat diep in jou verscholen lijkt, ligt te wachten om wakker gemaakt te worden, zoals je in sprookjes wakker gekust moet worden.

 

Ik was er stil van.

 

#kortverhaal #voiceover #zelfcompassie #liefde #schrijven #boeken #schrijfboeken #verhalen #boekschrijven #stemacteren

Reactie schrijven

Commentaren: 2
  • #1

    Lineke (woensdag, 22 februari 2023 07:31)

    Wanneer komt je boek uit �

  • #2

    Marjoleine (woensdag, 22 februari 2023 07:59)

    Prachtig geschreven Hanneke!